vrijdag 20 februari 2015

Blog 5: Mijn droomhuwelijk, mijn droomleven, mijn droomgezin…

Dagboek deel vier: Hoofdpersonage is Laila

Twin Towers op 11 september 2001
Mijn gezin en ik leefden al een hele tijd in Pakistan, Murree en Tariq begon meer en meer last te krijgen van hoofdpijn, gelukkig kreeg hij pilletjes van de dokter. Ons leven is nu heel wat aangenamer geworden, we wonen in een huisje, waar er stromend water is, zowel koud als warm, het is klein voor ons viertjes, maar het is gezellig. Sayeed, de baas van het hotel had ervoor gezorgd, dat we werk hadden als klusjesdienst, ook Aziza en Zalmai hielpen in die tijd mee.
Tussen Aziza en Tariq kwam al snel een vader-dochter relatie, tussen Zalmai en Tariq daarentegen verliep het in die tijd zeer stroef, want Zalmai dacht nog steeds dat Rasheed ooit terug zou komen om Tariq ervan langs te geven.
Op vrije dagen nam Tariq ons mee naar The Mall, met winkels en een anglicaanse kerk.
Aziza en ik hadden ook vaak last van nachtmerries, wanneer Aziza wakker werd, badend in het zweet, moest ik haar troosten.
Het was in september 2001, wanneer Zalmai last had van een hevige verkoudheid en het de eerste keer  was dat Zalmai Tariq toeliet om hem te verzorgen. Het was de maand, wanneer Tariq en ik voor het eerst ruzieden over mensenlevens en het was de maand, wanneer de WTC-torens werden aangevallen door Al-Qaida.

donderdag 12 februari 2015

Blog 4: Het einde nabij

Dagboek deel drie (2): Hoofdpersonage is Mariam

Afghaans ziekenhuis
Universiteiten en bioscopen sloten, mannen werden geslagen, … kortom vele mensen verloren hun rechten door de Taliban. Rasheed maakte zich niet druk om de Taliban. Alles wat hij moest doen, was een baard laten groeien. Op een dag lag ik in mijn kamer met Aziza, Laila hield een ijzeren spaak in haar handen, omdat ze haar afvroeg of ze evenveel zou houden van Rasheeds kind als van Tariqs kind. Gelukkig heeft ze haar eigen nooit beroofd van het kind.  In september 1997 zat Lalia samen met Aziza, Rasheed en mij in het ziekenhuis. Laila was zo slap als een vod, want ze zou gaan bevallen. Maar de ziekenhuizen waren gescheiden voor mannen en vrouwen en we kregen in ieder ziekenhuis te horen, dat het bestemd was voor mannen. Na vele uren zoeken vonden ze in Rabia Balkhi een vrouwenziekenhuis. Ze werd zonder verdoving behandeld en de baby werd geboren met een keizersnede, het was een jongetje en kreeg de naam, Zalmai.
De zomer van 2000, was het nog droger, dan de voorbije zomers, het was een stoffenhandelaar, die in slaap viel met een niet gedoofde sigaret. De man overleefde de brand, maar de naburige winkels gingen in vlammen op, Rasheeds winkel was ook deels verwoest, hij besloot om hem te verkopen. De daarop volgende maanden was het hongerlijden voor ons en zeker toen het geld op was. Rasheed en ik besloten op een dag naar Intercontinental Hotel te gaan, om naar mijn vader te bellen om hulp, maar die zouden we nooit meer krijgen, hij was dood.

zondag 8 februari 2015

Blog 3: Wordt dit echt mijn levenspartner?


Dagboek deel drie (1): Hoofdpersonage is Laila

Huiselijk geweld tegen Afghaanse vrouwen

Rasheed en ik maakten veel ruzie. Hij zei, dat de baby een krijgsheer was, omdat Aziza steeds weende. Het was dan ook op een bepaalde dag een aanleiding om Mariam te slaan, omdat zij volgens Rasheed mij had gedwongen om Rasheed iedere keer op zijn plaats te zetten bij een ruzie. Ik kwam naar boven en zorgde ervoor dat Rasheed met zijn riem niet kon slaan op Mariam. Enkele dagen later namen we beiden een pauze en dronken samen koffie, sindsdien waren we geen vijanden meer
Wanneer we aankwamen op het Lahore Gate busstation, zouden we een bus nemen om Kabul te verlaten en Pakistan binnen te komen, maar we moesten eerst iemand hebben die ons tickets kon bezorgen. Ik sprak een jonge magere man aan en die zou zorgen voor de tickets, ik gaf hem ons geld. Niet veel later kwam de bus, maar wij mochten er niet op. We werden ondervraagd. We zeiden dat Mariam mijn moeder was en dat zij en ik onze man verloren hadden, maar dat we gelukkig nog Aziza en elkaar hadden. Ze geloofden ons niet en we werden teruggebracht naar ons huis.

zaterdag 24 januari 2015

Blog 2: Laila' s jeugd

Dagboek deel twee: Hoofdpersonage is Laila

Ik ben Laila, ik vertel nu in dit dagboek over mijn levensverhaal. In 1987, was ik negen jaar oud en leefde ik samen met mijn vader Babi en mijn mammie in Kabul. Het was lente en mijn beste vriendje Tariq was met zijn ouders op bezoek bij zijn zieke oom in Ghazni. Tariq was een jongen met één echt been en het andere been was van kunststof. Ik kwam er al snel achter dat ik hem heel erg miste. Zeker omdat mammie uren aan een stuk in haar bed bleef liggen en ik niets te doen had. Mammie vergeleek met steeds mijn oudere broers die deelnamen aan de oorlog tegen de Sovjets.
Tekstvlak: De vlag van de Sovjets
Op een dag wanneer ik terugkwam van school en naar huis wandelde, werd ik geteisterd door Khadim en zijn slechte vrienden. Ze beschoten me met een waterpistool, gevuld met urine.
Na enkele weken kwam Tariq terug en gaf hij Khadim er eens goed van langs met zijn valse been. Sindsdien heeft hij me nooit meer lastiggevallen. Soms maakte we samen, Tariq en ik, ons huiswerk in zijn kamer en dan lagen we dicht tegen elkaar aan op de grond.
Mammie was nog steeds ziek van het wachten op haar zonen, maar op een dag kwam een man met het nieuws dat haar zonen overleden waren. Het werd een zeer moeilijke begrafenis voor haar. Ik heb mijn broers nooit echt gekend, omdat ik zeer jong was als ze mij en mijn ouders verlieten.
Vanaf dan verergerden mammie haar kwalen zeer erg: pijn in haar borst, gewrichtspijn, zweten en die voortdurende hoofdpijn.

vrijdag 23 januari 2015

Blog 1: Mariams jeugd

Het boek is ingedeeld in vier delen, waarin het hoofdpersonage steeds wisselt, namelijk: Mariam in het eerste en het derde deel, Laila in het tweede, ook in het derde deel en het vierde deel.
Dagboek deel één: Hoofdpersonage is Mariam
Ik ben Mariam, mijn moeder heet Nana en mijn vader heet Jalil. Mijn moeder en ik wonen iets buiten Herat in een kolba (hutje). Mijn vader woont in het mooiste huis van heel Herat. Iedere donderdag bezoekt hij mij in zijn mooi bruin kostuum met zijn rode das. Vroeger was mijn moeder huishoudhulp van mijn vader en van het een kwam het ander. Mijn moeder werd door mijn vaders familie gedwongen om te vertrekken met mij als kleine baby.
Tekstvlak: Mariam in haar jongere jaren
Ik was als jong meisje altijd vol lof over mijn vader, omdat hij me iedere donderdag verhalen vertelde en dingen gaf. Mijn moeder daarentegen brak mijn vader altijd af. Want Jalil had zogenaamd drie vrouwen en negen kinderen. Volgens mijn moeder waren wij maar onkruid voor hem. Mijn moeder, Nana was een zeer chagrijnige vrouw, ze vertrouwde niemand, zelfs mij niet en ze noemde me steeds harami, wat bastaard betekent. 
Mullah Faizullah was mijn leraar tot mijn vijftiende, hij leerde me lezen en schrijven. Hij vertelde verhalen over god en luisterde uren naar mij.